Jarenlang hebben mijn ouders foto's, brieven en krantenartikelen in een sigarenkistje bewaard. Vijftig sigaren, tweede sortering voor een prijs van 5 gulden. Kom daar nu nog maar eens om.
In hetzelfde kistje een stapeltje geld. Even meen ik de hoofdprijs in de Staatsloterijtrekking van de tiende van de maand gewonnen te hebben. Een biljet van 100, eentje van 5.000, eentje van 100.000 en een hele stapel van 20.000. Reichsbanknote uitgegeven tussen 1920 en 1923. Naar de herkomst kan ik slechts gissen. Gissen en mijmeren.
Lurkend aan een sigaar zie ik mijn Heerewaardense opa Hendrik Arie (Hendrik van Jape) Sepers op een zalmschouw naar Duitsland varen. Daar aangekomen gooit hij de visnetten uit.
De andere dag verkoopt hij zijn vis aan een handelaar ter plekke. Dat, zo mijmer ik, gaat zo een paar weken door. Het was, kort na de Eerste Wereldoorlog (1914-1918) de tijd van de grote inflatie in Duitsland. Bracht een mooie zalm de ene dag nog 100 Reichsmarken op. De volgende kon dat zomaar 5.000 marken zijn geweest. Waarschijnlijk, de vis werd duur betaald, verdiende opa meer dan dat hij uitgaf. Het geldstapeltje nam hij mee naar Heerewaarden. Vermoedelijk kon hij er daar niets mee en kwam het uiteindelijk in een sigarenkistje bij mijn ouders terecht.
Ondertussen is mijn sigaar opgebrand. Ik ontwaak uit dromenland. Nederlands als ik ben zoek ik op internet de waarde van de stapel biljetten op. Dat blijkt per biljet niet al te veel te zijn. Hoewel weinig van heel veel kan ook de moeite waard zijn. Ik denk dat ik er een paar inlijst. Leuk verhaal voor aan de wand en leuk voor mijn (klein)kinderen.
Henk Sepers
* Noot bij de columnist
Sepers schreef een familiekroniek op Bommelerwaard.Net over zijn grootouders van zijn vaders kant uit Heerewaarden, te vinden in de rubriek Streekverhalen